Rechtstreeks contact met de juf werkt dan natuurlijk wat sneller. Datum geprikt en op naar Schagen. Ik had van tevoren gevraagd om enkele vragen op te stellen van de kinderen zodat ik daar in een PowerPoint-presentatie extra aandacht aan kon besteden en ook plaatjes kon laten zien. Dat pakte goed uit omdat met vragen uit de klas de betrokkenheid vergroot wordt. Na een halfuur PP presentatie werd het tijd voor iets anders: zelf aan de gang. Ik had braakballen van uilen meegenomen en die mochten ze
uitpluizen. Een opgezette ransuil hield toezicht. Aan de hand van die uil kon ik mooi iets vertellen over gereedschappen waarmee de uil is uitgerust om een prooi te verschalken: grote ogen voor goed kijken in het donker, aan de voorkant van de kop geplaatst, diepte zien om de prooi te pakken en natuurlijk scherpe klauwen!
De braakballen werden met behulp van houten prikkers uit elkaar gehaald en de verwondering is er meteen als ze een onderkaak en/of bovenkaak vinden van een veldmuis of bosmuis. Ook andere skeletonderdelen zijn goed te herkennen: heupbeen, bekken en scheenbeen. Succesvolle onderneming.
De tweede keer was bij juf Danielle van groep vijf. Een stuk jongere groep dus. Die hadden een thema over kustvogels, zoals meeuwen, Jan van Gent en sterns. Ook de zwarte stern hadden ze erbij genomen alhoewel dat strikt genomen meer een moerasvogel is. Ook iets vertelt over de spectaculaire reis die de Noordse stern maakt van het arctische gebied naar het antarctische gebied elk jaar weer 40.000 km! Via een P.P. presentatie heb ik het een en ander kunnen verduidelijken met de vogels die ze zelf uitgekozen hadden waaronder ook de kluut en steenloper. Via de Jan van Gent, behangen met plastic afval (vissers?), kon ik duidelijk maken dat die troep niet in de zee thuishoort. De zeevogels raken erin verstrikt en sterven een jammerlijke dood.
De presentatie duurde ruim een halfuurtje en de kinderen vonden het erg leuk.
w.g. Otte W. Zijlstra